Bij diabetes maakt de alvleesklier minder of geen insuline aan, of reageert het lichaam niet goed op de insuline. Dat zorgt voor hoge bloedglucosespiegels en dat geeft op lange termijn gezondheidsrisico’s. Voeding speelt een cruciale rol bij de behandeling van diabetes.
Op deze pagina krijg je antwoord op de volgende vragen:
- Hoe herken je diabetes?
- Hoe wordt diabetes behandeld?
- Wat is de invloed van voeding bij diabetes?
- Wat kun je zelf doen bij diabetes?
- Wanneer ga je naar de diëtist?
- Wat kun je van de diëtist verwachten?
Tot slot behandelen we enkele feiten en fabels over diabetes.
Hoe herken je diabetes?
De volgende klachten kunnen wijzen op diabetes:
- Vermoeidheid, futloos zijn;
- Droge mond;
- Wazig zicht;
- Dorst;
- Veel plassen;
- Jeuk;
- Schimmelinfecties;
- Niet genezende wondjes.
Hoe wordt diabetes behandeld?
Diabetes wordt behandeld met medicatie. Je hebt daarbij vaak meerdere behandelaars. Het is bij diabetes namelijk belangrijk om je medicatie, voeding, beweging en stress met elkaar in balans te brengen.
Wat is de invloed van voeding bij diabetes?
Voeding speelt een belangrijke rol bij diabetes. Het gaat dan vooral om de hoeveelheid koolhydraten en de verdeling van de koolhydraten over de dag, maar ook om de hoeveelheid voedingsvezels en om de soort en de hoeveelheid vet die je eet.
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat onder andere het mediterrane en het koolhydraatbeperkte dieet succesvol kunnen zijn bij diabetes. Wil je weten welk dieet bij jou past? Een diëtist kan, samen met jou, een dieet-op-maat samenstellen, afgestemd op jouw persoonlijke situatie en voorkeur.
Wat kun je zelf doen bij diabetes?
Over het algemeen helpt het om je aan de volgende tips te houden:
- Eet drie maaltijden, verdeeld over de dag. Eet niet vaker dan 2 x iets tussendoor;
- Kies alleen volkoren producten;
- Sla geen maaltijden over;
- Drink ongeveer 8 tot 12 glazen per dag (water, thee en/of koffie, zonder suiker);
- Gebruik 3 x per dag een melkproduct zonder toegevoegd suiker;
- Eet voldoende groente 250 gram groente en maximaal 2 stuks fruit per dag;
- Drink weinig tot geen alcohol, sap, frisdrank met suiker;
- Gebruik weinig suikerrijke en vetrijke tussendoortjes, zoals snoep, koek, chips.
Dit zijn algemene voedingsadviezen. Maar dit is niet altijd voldoende. Voeding is namelijk heel persoonlijk. Elke medische situatie, leefstijl en leeftijd vraagt weer om een andere voeding. Een diëtist helpt je door je advies te geven over hoe je zo eenvoudig mogelijk en verantwoord gewicht kan verliezen.
Wanneer ga je naar de diëtist?
Het is raadzaam om naar een diëtist te gaan:
- Bij/na het ontdekken van de ziekte diabetes;
- Als je medicatie verandert;
- Als je bloedglucosewaarden erg schommelen;
- In speciale situaties, zoals vakanties en de Ramadan;
- Bij verandering van werk, bijvoorbeeld bij ploegendienst en nachtdienst;
- Bij zwangerschap of een zwangerschapswens;
- Bij specifieke voedingsvragen en -problemen;
- Als je naast diabetes ook last hebt van andere gezondheidsproblemen, zoals onder- of overgewicht, hoge bloeddruk, eetproblemen of maag- en darmproblemen.
Voor een goede begeleiding van diabetes bestaat vanuit het RIZIV een voortraject en zorgtraject. De diëtist (diabeteseducator) helpen u graag in het deze trajecten. Vraag uw voorschrift/ verwijzing aan uw huisarts.
Wat kun je van de diëtist verwachten?
Een diëtist helpt je bij al je voedingsvragen. Ze zorgt er samen met jou voor dat:
- Je bloedglucosewaarden zo optimaal mogelijk zijn;
- Je medicatie, voeding en lichamelijke inspanning zo goed mogelijk op elkaar afgestemd zijn;
- Je bloeddruk, cholesterolwaarden en gewicht zo optimaal mogelijk voor je diabetesregulatie zijn.
De diëtist geeft hierbij advies op maat, afgestemd op jouw persoonlijke situatie.
Feiten en fabels
Er worden veel fabels over diabetes verteld. Kun jij de feiten van de fabels onderscheiden?
Feit of fabel?
Ik mag geen brood meer eten nu ik diabetes heb.
Fabel!
Feit of fabel?
Ik gebruik insuline, dus ik hoef niet op mijn voeding te letten.
Fabel!
Feit of fabel?
Melk drinken heeft geen invloed op mijn bloedglucosewaarden.
Fabel!
Feit of fabel?
Ik mag nooit meer banaan, want daar zit te veel suiker in.
Fabel!
Feit of fabel?
Honing is beter dan suiker.
Fabel!
Feit of fabel?
Van snoepen en het eten van suiker krijg je diabetes.
Fabel! Je krijgt geen diabetes van snoepen en het eten van suiker. Het is wel zo dat je ervoor moet zorgen dat je geen overgewicht krijgt. Met overgewicht heb je wel een groter risico op diabetes.